De Noordzee wordt drukker

De Noordzee wordt steeds vaker gezien als een gebied voor economische activiteiten waar op het land geen ruimte meer voor is. Denk aan een nieuw vliegveld in zee, uitbreiding van de haven van Rotterdam of een windmolenpark. De Noordzee is dus al lang niet leeg meer. Op de Noordzee wordt olie, gas, zand en grind uit de bodem gewonnen, er zijn windmolenparken en militaire oefenterreinen en er lopen een aantal zeer drukke scheepvaartroutes. Het leven in de Noordzee krijgt te maken met steeds meer drukte op de Noordzee, net als de vissers.

Het wordt steeds drukker op de Noordzee. Hierboven zie je ook recreatievaartuigen, windmolen en in de verte vrachtschepen. Bron: CGP Grey

De Noordzee wordt ook al vele jaren gebruikt door vissers en dient als belangrijke voedsel- en inkomstenbron voor de mens. Technische ontwikkelingen in de visserij hebben ook niet stilgestaan. Vroeger waren slechts beperkte delen van de Noordzee toegankelijk voor de visserij. Vissers konden lang niet overal de netten uitzetten in de Noordzee door het gebrek aan trekvermogen, sterke netten en opsporingsapparatuur. Hierdoor bestond de Noordzee uit een netwerk van bevisbare- en onbevisbare gebieden.

Technologische vooruitgang

Door de overgang van zeilschepen naar stoomschepen en uiteindelijk naar gemotoriseerde schepen konden vissers steeds verder afgelegen, onbeviste visgronden bereiken. Mede door deze technologische vooruitgang in de visserij, in combinatie met de toegenomen menselijke activiteit op zee, is de roep om beschermde gebieden op de Noordzee toegenomen.

Niet zo heel lang geleden werd er nog gevist met zeilschepen, zoals is te zien op dit schilderij uit 1835. Bron: Rijksmuseum

Ruimtegebruik

Ruimtegebruik op de Noordzee is door de toegenomen drukte dus steeds belangrijker geworden. Daardoor rust er een steeds grotere druk op beleidsmakers om al die activiteiten op de Noordzee in goede banen te leiden en de belangen van alle verschillende partijen goed tegen elkaar af te wegen, waaronder de natuurbelangen.

Ruimte voor natuur

Op land is het normaal en geaccepteerd om bepaalde gebieden aan te wijzen als natuurgebieden waarin activiteiten die de natuur kunnen schaden niet zijn toegestaan. Tegenwoordig ziet men deze trend ook op zee. Mede op basis van internationale en Europese afspraken heeft de Nederlandse regering als doelstelling om 10% tot 15% van het Nederlandse continentale plat te beschermen tegen verstoring door menselijke activiteiten.

Visserijmaatregelen die genomen zijn in gebieden in het kader van Natura 2000 (Noordzeekustzone, Vlakte van de Raan, VoordeltaDoggersbank en Klaverbank) dragen gedeeltelijk bij aan deze doelstelling. Een overzicht van de verschillende Natura 2000-gebieden zie je hieronder en een uitgebreidere uitleg over Natura 2000 is hier te vinden.

De verschillende Natura 2000 gebieden op het Nederlands continentaal plat. Het Friese Front is hierbij aangemeld in het kader van de Vogelrichtlijn. De Doggersbank, Klaverbank en de Vlakte van de Raan zijn aangewezen in het kader van de Habitatrichtlijn. De Noordzeekustzone en de Voordelta zijn aangewezen voor zowel de Vogel- en Habitatrichtlijn. Bron: Rijksoverheid

Bij deze gebieden kun je onderscheid maken tussen gebieden die beschermd moeten worden vanwege vogels (Vogelrichtlijn), vanwege de leefomgeving (Habitatrichtlijn) of een combinatie van beide. In die gebieden gelden maatregelen die bijvoorbeeld bepaalde stukken sluiten en andere gebieden open laten voor bepaalde menselijke activiteiten, waaronder bepaalde typen visserij. Beschermde gebieden zijn dus niet hetzelfde als gesloten gebieden; slechts delen van die gebieden zijn niet open voor (bepaalde typen) visserij zoals in onderstaande kaarten te zien is.

Visserijmaatregelen

De visserijmaatregelen binnen deze gebieden worden geregeld binnen VIBEG voor de Vlakte van de Raan en de Noordzeekustzone (binnen de 12-mijls zone) en FIMPAS voor de Doggersbank, Klaverbank en Friese Front (buiten de 12-mijls zone).

Naast Natura 2000 speelt ook de Europese Kaderrichtlijn Mariene Strategie (KRM) een belangrijke rol in discussies over beschermde gebieden. De verschillende aangewezen Natura 2000-gebieden dekken namelijk niet alle ecosystemen waar de Kaderrichtlijn Marien zich op richt. Daarom zijn er ook onderzoeken verricht naar andere gebieden op de Noordzee die je volgens de KRM moet beschermen. Onderzochte gebieden zijn de Borkumse Stenen, de Gasfonteinen, de Zeeuwse Banken, de Bruine Bank, het Friese Front, de Centrale Oestergronden en het Noordkrompgebied. Een onderzoek naar deze gebieden is hier te vinden.

Een overzicht van gebieden waar onderzoek is gedaan naar gebieden met bijzondere ecologische waarden.

Uit verschillende onderzoeken kwam naar voren dat Het Friese Front en de Centrale Oestergronden geschikt zouden zijn als extra beschermde gebieden door de soortenrijkdom, de grote hoeveelheid bodemleven en de aanwezigheid van veel kwetsbare, langlevende soorten. Factsheets over deze gebieden en de daarin belangrijke soorten zijn hier te vinden.

Pijnpunten visserij

Waar vissers vroeger nauwelijks te maken hadden met andere belangengroepen en regelgeving op zee, daar zien ze nu dat de hoeveelheid activiteiten op zee is toegenomen. Vissers merken dat hun manier van werken steeds meer aandacht krijgt, vaak met strengere regelgeving tot gevolg. Veel vissers houden van hun beroep door de vrijheid die ze op zee ervaren, maar ze zien ook dat ze steeds meer van die vrijheden verliezen.

Ook bescherming van gebieden op zee is een ontwikkeling waar de visserijsector niet omheen kan en ze vrezen voor de effecten ervan op hun vrijheden en broodwinning. In onderstaand interview gaan Pim Visser (belangenbehartiger van de visserijsector namens VisNed) en Han Lindeboom (hoogleraar Mariene Ecologie aan de Wageningen Universiteit) met elkaar in discussie over beschermde gebieden op de Noordzee.

Pijnpunten

Een aantal van de belangrijkste pijnpunten voor de visserij zijn als volgt:

  • Vissers kunnen niet meer vissen in de gesloten gebieden. Hierdoor moeten de vissers met dezelfde hoeveelheid schepen vissen in een kleiner gebied. Vissers vrezen dalende vangsten per schip en daarmee lagere inkomsten.
  • Sommige vissers betwijfelen de werking van beschermde gebieden o.a. door hun slechte ervaringen met de scholbox.
  • Het doel en nut van beschermde gebieden is niet voor alle vissers duidelijk.
  • De natuur is heel dynamisch en valt volgens sommige vissers niet te sturen. Soorten verdwijnen en nieuwe soorten komen er voor in de plaats. Ze betwijfelen het herstel van bepaalde soorten en leefomgevingen.
  • De discussie over beschermde gebieden staat niet op zich. Er zijn meerdere belangrijke ontwikkelingen die van grote invloed zijn op de toekomst van de Nederlandse visserijsector. Hierbij kun je denken aan ontwikkelingen van beleidsmatige aard (aanlandplicht, Brexit, wind op zee), maar ook zaken zoals de ontwikkeling van visbestanden, technische veranderingen, marktontwikkelingen en brandstofprijzen.
  • Sommige vissers hebben het gevoel dat het nooit genoeg zal zijn door overvraging van de natuurbeschermingskant.
  • De gevolgen voor het sluiten van bepaalde visgronden kunnen voor de individuele visser groot zijn. Ze moeten zoeken naar nieuwe visgronden en misschien overstappen op een nieuwe vistechniek. Dit laatste heeft mogelijk een effect op het quotum wat ze moeten aanschaffen (andere soorten in vangst).
  • Sommige gebieden die worden aangedragen voor bescherming zijn heel productief. Daardoor zijn het ook belangrijke visgronden voor vissers. Volgens natuurorganisaties valt in deze gebieden de grootste winst te behalen qua natuurherstel. Dit staat lijnrecht tegenover de belangen van vissers, want die productieve gronden zorgen voor goede vangsten.
Naast beschermde gebieden zijn er nog meer bedreigingen voor vissers. In 2016 besloten ze aandacht te vragen voor hun zorgen door een publieksvriendelijke vlootactie in Rotterdam. Bron: EMK

Huidige situatie

Inmiddels loopt de discussie over beschermde gebieden al vele jaren tussen de overheid, de visserijsector, onderzoeksinstituten en NGO’s. In totaal gaat het over de inrichting van 58.855 km2 Noordzee. De voor vissers belangrijke commerciële visbestanden in de Noordzee zijn over het algemeen gezond. Het beschermen van gebieden voor het herstellen van de visstand is dus niet echt van toepassing voor de Nederlandse situatie op de Noordzee. Waarom pleitten sommige partijen ondanks de goede visstanden voor beschermde gebieden?

De toegenomen aandacht voor het bodemleven in zee is ook terug te zien in het aantal citaties van wetenschappelijk onderzoek dat is uitgevoerd naar de effecten van visserij op het bodemecosysteem in de laatste jaren. Bron: Fishing impacts on benthic ecosystems: an introduction to the 2014 ICES symposium special issue

Dit komt voornamelijk doordat men wereldwijd heeft afgesproken dat er ook ruimte moet zijn in zee voor soorten en leefgebieden die niet meteen een directe waarde hebben voor de visserij. Waar sommige soorten voordeel ondervinden van de visserij, zoals tong en schol die door bodemberoering makkelijker toegang hebben tot wormpjes en ander voedsel, daar zijn er ook soorten die hier nadelig door beïnvloed worden. Om die soorten de ruimte en tijd te geven om zich te ontwikkelen moet hun leefgebied beschermd worden tegen de voor hun nadelige effecten van visserij. Op land doen we hetzelfde, daar wijzen we ook bepaalde stukken aan als natuurgebied.

Op land kennen we ook beschermde natuurgebieden die gesloten zijn voor mensen. Bron: Nat Pan

Onzekerheid

Ongeacht het scenario, de oprichting van beschermde gebieden op zee zal leiden tot verlies van visgronden voor de visserij. De mogelijke voordelen van beschermde gebieden voor de visserij zijn onzeker en onduidelijk, dus veel vissers ervaren beschermde gebieden als bedreiging aangezien de directe nadelen wel duidelijk zijn. Dit maakt de onderhandelingen over beschermde gebieden lastig.

Verschillende bodemmonsters die genomen zijn voor het BENTHIS-onderzoek. Bron: BENTHIS

Wat veel partijen hoop biedt is dat er door onderzoek een beter beeld ontstaat over de bodem van de Noordzee. We weten steeds beter hoe de bodem eruit ziet en wat er in leeft. Daarnaast is er ook steeds meer kennis over de visserij-intensiteit in bepaalde gebieden en over het effect van vistechnieken op het bodemleven (ook in vergelijking tot natuurlijke verstoring). Belangrijke onderzoeksprojecten op dit gebied zijn BENTHIS en DISCLOSE.

Toekomst

Vissers hebben door te innoveren aangetoond dat ze de schadelijke effecten op de zeebodem en het bodemleven kunnen terugdringen. Ook blijkt uit dit onderzoek dat de visserij zich op bepaalde gebieden concentreert en dat vissers niet/nauwelijks vissen in grote delen van de Noordzee. Negentig procent van de bodemvisserij vindt plaats in iets minder dan de helft van de Noordzee. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat bepaalde gebieden wisselend wel en niet worden bevist door vissers, doordat de vissen zich verplaatsen. Hierdoor is het totale gebied wat langdurig niet is bevist mogelijk vrij klein. Dit kan met name voor langlevende soorten lastig zijn.

Al deze kennis zal hopelijk zorgen voor een goede, inhoudelijke discussie tussen de verschillende partijen waarbij men de sociaaleconomische- en ecologische belangen goed tegen elkaar kan afwegen.