Constructie en romp

In de huidige scheepsontwerpen voor de visserij wordt volop gekeken naar het ontwerp van de scheepsromp. Daarnaast kijkt men ook kritisch naar het onderwaterschip en de constructie met het doel om de weerstand te verminderen, te besparen op gewicht en om een betere zeegang te creëren. De voordelen hiervan zijn breed. Zo zorgt dit voor een lager brandstofverbruik, waardoor brandstofkosten en luchtemissies afnemen.

Daarnaast is een betere zeegang comfortabeler en veiliger voor de bemanning, die zodoende minder schommelingen en schokken te verduren krijgt. Ook zorgt het voor een lagere belasting op het materiaal van het schip. Dit is gunstig met het oog op slijtage en onderhoud. In dit artikel zullen we dieper ingaan op de volgende zaken:

  1. spanten;
  2. boeg;
  3. anti-rol tank; en
  4. gewichtsverdeling.

1. Spanten

Traditionele kotters worden gebouwd volgens de dwarsspant-werkwijze. Nu zien we dat een aantal recent gebouwde schepen de langspant-werkwijze toepast. Hiervoor wordt gekozen omdat dit een lichtere constructie oplevert. In de dwarsspant-werkwijze worden dwarsspanten loodrecht op de kiel bevestigd met een kleine afstand tot elkaar. Dit zorgt voor een sterke-, maar zware constructie. Bij de langspant-werkwijze worden er minder dwarsspanten gebruikt en liggen ze verder uit elkaar. Deze worden gecombineerd met lichtere langspanten die dichter bij elkaar liggen. Het voordeel is dat het schip uiteindelijk een heel stuk lichter is.

 

De MDV-1 en -2 zijn bijvoorbeeld gebouwd met de langsspant werkwijze. Dit resulteert in een gewichtsvermindering van rond de 20%.

Een 3d tekening van de constructie van de MDV-1, met een langspant constructie en semi-bijlboeg. — MDV

Er is wel een nadeel aan de langspant-werkwijze. Deze langspant-constructie is momenteel niet sterk genoeg voor een schip dat zware bokkentuigen over de zijkant wil uitzetten. Zo’n schip krijgt meer belasting op de dwarsspanten te verduren, waardoor meer- en dichter op elkaar gezette dwarsspanten nodig zijn. Welke werkwijze gebruikt wordt, dwars- of langspant, hangt dus af van de vismethode die gebruikt zal worden aan boord van het schip.

2. Boeg

De boeg van een schip, oftewel de voorsteven of voorste punt van het schip, heeft invloed op de zeegang van het schip. In de visserij worden verschillende boegontwerpen toegepast. Een aantal voorbeelden zijn de:

  • conventionele boeg;
  • semi-bijlboeg;
  • bijlboeg; en
  • bulb-steven.

Conventionele boeg

De conventionele boeg wordt vaak gebruikt in de scheepsbouw. Deze vorm kenmerkt zich door een naar voren gerichte voorsteven die dan schuin afloopt naar de waterlijn. De boegvorm krijgt daarmee een karakteristieke schuine vorm met een punt op de hoogte van het scheepsdek.

Bijlboeg en semi-bijlboeg

De bijlboeg is een boegvorm die zich kenmerkt door een rechte voorsteven en een hoog en smal voorschip. Waar een conventionele boeg schuin afloopt, daar heeft de bijlboeg een geheel verticale en rechte steven. Daardoor lijkt het alsof het schip als een bijl door de golven snijdt.

Een semi-bijlboeg heeft ook een hoog en smal voorschip en een verticale steven, hoewel deze steven meer afloopt dan een volledige bijlboeg. De verticale steven van de bijlboeg en semi-bijlboeg zorgt ervoor dat het schip minder gevoelig is voor golfbewegingen. Hierdoor krijgt het schip een betere en comfortabelere zeegang.

Het verschil tussen een bijlboeg (links) en een conventionele boeg (rechts) — S.J. de Waard

Bulbsteven

De bulbsteven is een boegvorm die je niet vaak ziet in de visserij, maar die wel veel gebruikt wordt in de scheepvaart. Deze boegvorm lijkt van boven naar beneden erg op de conventionele boeg. Maar daar waar de steven het water raakt, daar zie je een verschil. Onder de waterlijn steekt namelijk een torpedovormig uitsteeksel naar voren. Deze ‘bulb’ heeft als doel om de stroming rond de boeg te beïnvloeden. Daarmee kun je, afhankelijk van de snelheid, de golfweerstand verminderen. Dit effect is vooral merkbaar bij grotere schepen, waardoor je deze boeg voornamelijk veel op moderne koopvaardijschepen terugziet. Voor de visserij wordt deze boeg voornamelijk gebruikt op de grotere, pelagische trawlers. Voor kotters wordt deze bulbsteven niet of nauwelijks gebruikt.

Constructie
Een tekening van een bulbsteven en hoe het de golfweerstand beïnvloed. — Tosaka

Hieronder zie je een filmpje van de Willem van der Zwan (SCH-302) die de haven van Scheveningen binnenvaart. Deze pelagische trawler heeft een bulbsteven. Dit is goed te zien in de eerste paar seconden van de film.

3. Anti-rol tank

Anti-rol tanks, ofwel anti-slinger tanks, zijn tanks in het middenschip. Ze zijn uitgerust met schotten die bedoeld zijn om de snelheid van de wateroverdracht van bakboord naar stuurboord te vertragen. Hierdoor nemen de slingerbewegingen van het schip af. Dit levert een betere zeegang op en is ook comfortabeler voor de bemanning. Hierdoor kan de bemanning de werkzaamheden aan boord veiliger uitvoeren. Daarnaast zorgt het voor een lagere belasting op het schip, op de visverwerkingsapparatuur en het hang- en sluitwerk van het schip. Zo heeft het schip uiteindelijk minder slijtage, waardoor er minder onderhoud nodig is.

4. Gewichtsverdeling

De indeling van het schip, en daarmee de gewichtsverdeling van een schip, heeft grote invloed op de zeegang. Afhankelijk van het vaarprofiel en de vismethode die het schip gebruikt, kun je in de indeling schuiven om voordelen voor de stroomlijning en zeegang te behalen. Zo hangt een traditionele kotter meestal wat naar achteren, zeker met een vol ruim. Dit heeft een negatieve invloed op de stroomlijning van het schip. Daarom proberen moderne vissersschepen steeds vaker een andere gewichtsverdeling te behalen, zodat het schip wat meer naar voren hangt. Dit is bijvoorbeeld een belangrijk aandachtspunt geweest bij het ontwerp van de MDV-2 en de UK-205 Spes Nova.